Studenten onderzoeken biodiversiteit in de ecosloot

Vorige week stonden tientallen studenten van Hogeschool Van Hall Larenstein gebogen over het gras, met hun handen in de aarde en hun ogen gericht op de kleinste beestjes van de natuur. Ze deden veldonderzoek bij de ecosloot in Leeuwarden. Dit is een bijzonder stukje groen waar biodiversiteit volop de ruimte krijgt. Hier werken gemeente Leeuwarden en de hogeschool samen aan ecologisch onderzoek, wat leerzame en waardevolle informatie opbrengt.

Van klei naar groen

Precies een jaar geleden stonden studenten ook al bij de ecosloot. Toen stonden ze nog in de klei, dit jaar is het beeld heel anders. Het gebied is groener en duidelijk in ontwikkeling. “Vorig jaar hebben we hier een 0-meting gedaan,” vertelt docent Jeroen Breidenbach. “Toen vonden we al verrassend veel. Nu herhalen we het onderzoek om te zien wat er in een jaar tijd is veranderd. Zo krijgen we inzicht in de ecologische ontwikkeling van het gebied.”

Wat leeft er in de bodem?

De studenten zijn vooral op zoek naar bodemdieren in de breedste zin van het woord. Denk aan pissebedden, duizendpoten, slakken, maar ook rupsen van vlinders en larven van zweefvliegen. Tijdens het onderzoek gebruiken studenten verschillende methodes. Eén van de meest opvallende is het klopscherm: een groot wit doek waar ze takken boven schudden. Zo vallen de insecten naar beneden en zijn ze goed zichtbaar. Daarna maken ze met een app een foto van het beestje, die helpt met de identificatie. Maar daar blijft het niet bij. Ze moeten altijd controleren of het klopt. Kan dit insect hier echt voorkomen? Pas dan mag het op de lijst.

In totaal zijn in twee dagen tijd zo’n 170 eerstejaars studenten Diermanagement langs geweest. Naast het bodemonderzoek is er ook een groep bezig met plantenonderzoek, onder begeleiding van docente Ans Schoorlemmer. Zij kijken naar de relatie tussen planten en dieren in het gebied. Als verschillende groepen steeds dezelfde soorten aantreffen, kun je concluderen dat die soorten inmiddels goed gevestigd zijn in het ecosysteem.

Waarom is deze ecosloot zo waardevol?

“Als hier niks was aangelegd, zouden we lang niet zoveel soorten hebben gevonden,” legt Jeroen uit. “We hebben hier gisteren bijvoorbeeld al vijf à zes soorten bijen gezien, en acht soorten dagvlinders. Dat zegt iets over de kwaliteit van het gebied.”

De eerste soorten die we vorig jaar zagen, zijn echte pioniers. Nu zien we ook soorten die pas later komen. Dat is een goed teken, Bijvoorbeeld de blauwe muntgoudhaan, een kever die op munt afkomt. Die munt is hier pas net aangeplant, en nu zijn de kevers er ook al.”

Samenwerking met impact

Deze samenwerking tussen de gemeente Leeuwarden en Van Hall Larenstein is niet alleen leerzaam voor de studenten, maar ook waardevol voor de stad. De school biedt veel praktijkonderwijs, en het veldwerk in de ecosloot sluit daar perfect op aan. “We kunnen natuurlijk ook oefenen op het schoolterrein,” zegt Jeroen “maar dan doe je er verder niets mee. Hier verzamelen we data waar de gemeente echt iets aan heeft.”

Tillen, graven en speuren

De studenten gaan fanatiek te werk. Ze tillen tegels op, graven in de bodem en speuren tussen de planten. Het is hard werken, maar ook leuk en leerzaam. “We zijn bezig met iets echts,” zegt een student trots. “En het mooie is: we doen dit elk jaar opnieuw. Zo bouwen we aan een steeds completer beeld van de ontwikkeling van dit waardevolle stukje natuur.” Vult Jeroen aan.

De resultaten

De studenten hebben in totaal maar liefst 164 verschillende soorten weten te vinden. Opvallende groepen zijn de 9 soorten dagvlinders, 28 soorten spinnen, 8 soorten pissebedden en 16 soorten slakken. Vooral de pissebedden, spinnen en slakken profiteren duidelijk van de aanwezigheid van veel dood hout en de vele schuilplekjes in het gebied. De vlinders laten juist zien hoe waardevol de variatie in het landschap is: dankzij de verschillende microklimaten is de ecosloot aantrekkelijk voor allerlei soorten die op zoek zijn naar zon, schaduw, beschutting of nectar.